Naar aanleiding van een informele verzameling door Hindorama van kenmerken die als typisch Hindostaans kunnen worden aangemerkt, verscheen eerder een bijdrage over gastvrijheid. Ditmaal zullen we het over bescheidenheid hebben, ook een kenmerk dat vaak wordt genoemd als men het over Hindostanen heeft. Nederlanders typeren Hindostanen als een bescheiden groep, ze treden niet erg op de voorgrond, zijn daardoor niet erg zichtbaar. Ze hebben geen issues waar ze de barricades voor opgaan. Als Nederlanders het over Surinamers hebben, doelen ze meestal op de Afro-Surinamers. Sterker, in reclames van Knorr voor roti (het bekende Surinaamse gerecht uit de Hindostaanse keuken) worden Afro-Surinamers opgevoerd. Ook op de werkvloer in Nederland is het algemene beeld dat Hindostaanse werknemers rustig hun werk doen zonder veel aandacht op te eisen of grootpraats te hebben.
Het grappige is dat als je met Hindostanen spreekt, je een ander beeld krijgt. Dan wordt heel vaak gezegd dat Hindostanen graag opscheppen, gewichtig doen en heel erg op uiterlijk vertoon zijn gesteld. In de Nederlandse context wordt ‘opschepperigheid’ of ‘pronkerigheid’ beschouwd als not done. ‘Doe maar normaal, dan doe je al gek genoeg’ is, bijvoorbeeld, een bekende Nederlandse uitdrukking. Het betekent dan ook dat het opscheppen of pronken onder Hindostanen vooral op de eigen groep (intern) gericht is. Hiermee wordt vooral het ‘succes’ van de familie geëtaleerd waardoor kwalificaties ontstaan als ‘het is een rijke of intellectuele familie’. Dat succes wordt graag breed uitgedragen. Het is niet ongebruikelijk onder Hindostanen om, bijvoorbeeld, bij het behalen van een universitair diploma door een zoon of dochter via de radio felicitaties over te brengen waarbij verzoekplaten worden afgedraaid en de ouders, broers en zusters uitvoering worden genoemd. Dit soort aankondigingen komen we ook regelmatig in de kranten in Suriname tegen, in het verleden was dit in Nederland in de Weekkrant Suriname. Hiermee hoopt de familie respect en waardering af te dwingen. Het strooien met titels is niet ongebruikelijk onder Hindostanen. Bescheidenheid van Hindostanen lijken we dus vooral tegen te komen in de externe omgeving. Binnen de eigen gemeenschap is het beeld anders.
Lafheid
“Hindostanen bescheiden? Laf zul je bedoelen”, zegt een oudere man. “Iedereen loopt over ons heen. Hier gebruiken ze onze goden als versiering voor wc-brillen, badslippers en allerlei nonsensspullen. Zouden ze dat durven met moslims? In de politiek in Suriname werden altijd Creolen naar voren geschoven door de VHP (politieke partij). Om de rust in het land te bewaren. Ik kon me daar zo boos over maken. Vroeger pestten die Creolen ook Hindostanen. In onze buurt hadden wij er ook last van, maar ik heb ze een keer met een paar neven van me flink gerammeld, toen lieten ze ons met rust. Ik heb ook goede vrienden gehad onder Creolen, hoor. Je moet laten merken dat je niet alles pikt.”
Lawaai en bling bling
“Als ik op een feestje van Hindostanen ben, merk ik niet veel van bescheidenheid”, zegt een andere man. Die luide muziek, de manier waarop ze dansen, erger dan indertijd die Creolen in Suriname. En die kleding! Te pas en te onpas dragen ze allerlei glimmende kleren alsof ze zo uit een Bollywooddansfilm komen.”
Geldingsdrang
Hij doelt blijkbaar op een feestje in de schoonfamilie, want zijn vrouw reageert een beetje gepikeerd: “Ik zou ook meer bescheidenheid van jouw moeder prettig hebben gevonden. Nu is ze oud en een beetje rustig, maar ze probeerde altijd ons leven te bepalen. Ik moest alles op haar manier doen, anders keek ze misprijzend. Op een familiefeestje kon ze nooit toegeven dat het eten lekker was als zij niet had gekookt. Ze kon zichzelf nooit wegcijferen en een ander de eer geven.”
Niet alleen in familiesfeer wil men zich laten gelden, ook in Hindostaanse organisaties is het fenomeen bekend van een voorzitter die alles wil bepalen; andere bestuursleden lijken er maar voor de sier te zijn. Een vrouw die in verschillende Hindostaanse organisaties heeft meegedraaid, vertelt: “Je ziet zelfs dat die man – ja, het is altijd een man! – de organisatie als zijn eigendom beschouwt waar alleen hij het voor het zeggen heeft. Ik heb zelf als bestuurslid een keer meegemaakt dat er iemand was aangenomen zonder dat de voorgeschreven procedure voor de aanstelling van personeelsleden was gevolgd. Toen dit in het bestuur ter sprake was, zei de voorzitter letterlijk: ‘Ik had haar vader beloofd dat zij die aanstelling zou krijgen’. Het ging mij niet zozeer om de capaciteiten van de bewuste persoon, maar het was toch te gek voor woorden hoe die man dacht te kunnen opereren. Ik heb toen meteen besloten uit het bestuur te stappen.”
Gewichtigheid en opschepperij
Het beeld dat Hindostanen misschien naar buiten toe bescheiden overkomen, maar dat je daar in familie-, vrienden- en kennissenkring niet veel merkt, wordt door diverse personen bevestigd. “Je weet hoe Hindostanen kunnen djaffen (opscheppen). Ze hebben geweldige connecties, doen alsof ze alles voor je kunnen regelen, maar puntje bij paaltje blijkt daar niet veel van. Ze houden van gewichtig doen.” Hierbij kunnen ook kanttekeningen worden geplaatst.
“Hindostanen djaffen over hun relatie met die en die en dan ga je je soms ook een bepaald beeld van die betreffende persoon vormen, ook iemand die graag tej (gewichtig, betweterig) doet. Maar als je die persoon tegenkomt, merk je dat die best bescheiden is. Doet helemaal niet alsof ie alles weet en kun je een heel prettig gesprek hebben. Dat is een andere gewaarwording en je moet dus oppassen om te snel een beeld van iemand te vormen”, aldus een veertiger.
Sommige mensen hebben het nodig om zichzelf groter voor te doen dan ze zijn. Ze merken ook dat andere Hindostanen daar erg van onder de indruk zijn en dan versterkt dat elkaar. “Je moet er soms ook doorheen kunnen prikken”, zegt een studente. “Het is niet altijd zo negatief. Er zijn mensen die djaffen over een familielid uit trots over wat die heeft bereikt. Uit ervaring weet ik, bijvoorbeeld, dat mijn oudste broer, vooral als hij wat op heeft, goed kan opscheppen over mijn andere broer omdat die zijn studie heel snel heeft afgemaakt en een heel goede baan heeft. Op mij is hij ook trots, maar dat uit hij weer anders. Hij vindt het, geloof ik, niet netjes over mij te praten met die vrienden met wie hij samen drinkt, ha ha.”
Rustig je dingen doen
Een onderwijzeres: “Dat gedoe over Hindostanen en hun bescheidenheid doet mij niet veel. Wat is er mis met bescheiden zijn? Je kunt liever rustig je dingen doen dan over alles een heisa lopen maken, alleen maar om op te vallen. Ik bedoel niet dat als je slecht behandeld wordt, je dat maar ondergaat zonder iets te zeggen, maar om de straat voor alles op te gaan, vind ik niet nodig. Ze zeggen toch dat wijze mensen bescheiden zijn. Met veel kabaal los je niet alles op. Er is een Sarnámi spreekwoord Bát se pet ná bhare hai– Met praten vul je je maag niet. Hindostanen willen misschien door werken iets bereiken en besteden liever niet te veel tijd aan andere dingen. Als dat je aard is, moet je je dan gaan forceren om je anders te gedragen?”
Een jongeman die de Black Lives Matter beweging (BLM) in de VS volgt, gaat nog verder. “Je moet je inderdaad niet gek laten maken door al dat activisme. Het wordt soms in stand gehouden door mensen met een eigen agenda die niet altijd is gericht op fundamentele verbetering van de situatie van degenen voor wie ze opkomen. Als de situatie wordt verbeterd, hebben zij geen broodwinning meer. Die slachtoffers van politiegeweld zijn over het algemeen geen onschuldige personen. Het is bekend dat er veel criminaliteit is onder personen die uit een onstabiele gezinssituatie komen. Er zijn daarom zwarte politici die graag aandacht willen voor een stabiele gezinsstructuur, maar dat boeit die activisten niet. Voor Hindostanen is goed zorgen voor het gezin nog altijd een belangrijke drijfveer en daar gaan ze voor, met allerlei minder positieve dingen als opschepperij en dergelijke eromheen.”