Op 25 maart jl. werd in Nijmegen door de Werkgroep Caribische en Aziatische Cultuur Nijmegen (WCACN) een bijeenkomst gehouden die in het teken stond van minderheidstalen. Wereldwijd worden er ruim 6.000 talen gesproken. Het grootste deel hiervan behoort tot een minderheidstaal. Dat wil zeggen een taal die door een relatief kleine groep wordt gesproken. Voor veel mensen die deze talen spreken, is het behoud en onderhoud ervan van groot belang. Taal is immers verbonden met o.a. ieders verleden, draagt bij aan de vorming van ieders culturele identiteit, zorgt voor verbinding met anderen, en speelt een rol in de overdracht van waarden binnen groepen. Dat geldt ook voor groepen die relatief klein van omvang zijn en in hun eigen vertrouwelijke taal (moedertaal) communiceren. We kunnen hier bijvoorbeeld denken aan het Sranantongo, Sarnámi, Papiaments, Berberse talen, verschillende inheemse talen overal in de wereld, bijvoorbeeld het Kichwa, het Nahuatl, Afrikaanse talen en dialecten in verschillende landen, ook in Nederland.
Voor de lezing had de WCACN een speciale gastspreker uitgenodigd: Hilda De Windt – Ayoubi, schrijfster, dichteres, columniste, kunstenares en hispaniste uit Curaçao. Ze is bekend vanwege o.a. haar vertaling in haar moedertaal Papiaments van het bekende boek The Prophet van Kahlil Gibran, CDL University Press, verschillende vertalingen van gedichten en haar jarenlange publicaties van gedichten in vier talen in de krant Amigoe op Curaçao. Ze presenteerde op deze middag ook haar Papiamentse vertaling van The Prophet die dit jaar wereldwijd haar 100 jarig bestaan viert en al in 105 talen, waaronder ook het Hindi, is vertaald.
Taal is bijna alles voor Hilda. Ze komt mede door middel van haar gedichten en vertalingen op voor kleine onderdrukte groepen overal ter wereld. Ze schreef verschillende korte verhalen en twee dichtbundels. In 2019 kwam haar boek met taalgerelateerde gedichten uit, Geef me je Taal. Dat ik je beter versta. Duna mi bo Idioma pa mi por komprondé bo mihó. Dit boek had ze opgedragen aan Professor Pieter Muysken en Frank Martinus Arion. In 2022 volgde haar boek over het belang en behoud van moedertalen Translingualism, Translation and Caribbean Poetry – Mother Tongue has crossed the Ocean/Lenga di Mama a krusa Laman dat ze samen met wijlen Prof. Pieter Muysken uit Nijmegen heeft geschreven. Op 25 maart jl. werd het boek voor het eerst in Nijmegen gepresenteerd. Professor Maarten Mous (Leiden) die jarenlang met Muysken heeft gewerkt, hield op de bijeenkomst ook een toespraak over minderheidstalen in Tanzania.
Bij de presentatie sprak Hilda over de functie van taal in ons leven. Taal, geschreven of oraal, is in haar uitingsvorm heel divers maar belangrijk als middel om te communiceren. Bijvoorbeeld in leerprocessen, bij overdracht van kennis en tradities, om gevoelens van verbondenheid en saamhorigheid met anderen tot uitdrukking te brengen en te ontwikkelen, etc.
Ze maakt onderscheid tussen minderheidstalen en geminoriseerde talen. Minderheidstalen zijn doorgaans talen die door minder dan de helft van de bevolking in een land worden gesproken. Geminoriseerde talen zijn talen die onderdrukt of gemarginaliseerd worden, als minderwaardig worden beschouwd, verboden zijn of waarvan de sprekers vervolgd worden. De gastspreker benadrukte het belang van behoud en onderhoud van alle talen, omdat zij deel uitmaken van het culturele erfgoed van de mens. Dat kan bijvoorbeeld door te blijven schrijven in de taal om de taal levendig te houden via verhalen, artikelen, gedichten, leesboekjes voor kinderen, vertalingen, etc. Maar ook door leerboeken, spreekwoordenboeken en woordenboeken uit te brengen in de taal.
In het boek dat vorig jaar werd uitgebracht staat de moedertaal centraal en is het gedicht ‘Moedertaal‘ in ongeveer 60 talen vertaald, ook in het Sarnámi. Het gedicht was oorspronkelijk geschreven door Hilda in het Papiaments. PieterMuysken was de eerste die – toen hij het las- het direct vertaalde in het Nederlands. Verschillende mensen hebben Hilda hierna benaderd om het gedicht in hun moedertaal te vertalen en in de loop der tijd heeft Hilda zelf ook aan verschillende personen gevraagd om dit gedicht te vertalen. De Nederlandse vertaling door Pieter Muysken werd voorgedragen door zijn dochter Hannah Muysken. De vertaling in het Sarnámi is gemaakt door Rabin Baldewsingh. Op de bijeenkomst van 25 maart jl. is het gedicht in het Sarnámi voorgedragen door Usha Ganesh. Hieronder is zowel de Nederlandse als de Sarnámi versie van het gedicht te lezen.
Het gedicht Moedertaal, vertaald in het Sarnámi
(In de Sarnámi versie is Papiamento vervangen door Sarnámi)
Foto’s: Hilda De Windt-Ayoubi, Ken Wong, Henk Moeniralam en fotoarchief WCACN