Column Kanta Adhin

Goed en kwaad

Kanta Adhin

4 november was het Diváli, het lichtjesfeest van hindoes gekenmerkt door de vele lichtjes in aardewerken bakjes (dia’s). We zien al enige tijd dat dit feest een steeds grotere uitstraling in Nederland heeft. In verschillende steden zijn er fakkeloptochten en worden evenementen ge­­organiseerd. Vorig jaar sprak voor het eerst in de Nederlandse geschiedenis de minister-president een Diváli-boodschap uit. Voorts besteedt ook de publieke omroep de laatste jaren aandacht aan het Diváli-feest en toeren Narsingh Balwantsingh en Roué Verveer met ‘De Diwali show’ door het land. De Rotterdamse stichting Apna heeft, in navolging van haar initiatief vorig jaar met betrekking tot Holi (Phagua), dit jaar Diváli laten toevoegen aan de lijst van immaterieel Nederlands erfgoed. Op deze lijst staan cultuuruitingen die de belevers een gevoel van identiteit en continuïteit geven. Naast, bijvoorbeeld Koningsdag, bloemencorso, Leids Ontzet, Pride Amsterdam, staan op deze lijst onder meer Keti Koti, Marroncultuur, Pencak silat en de Chinees-Indisch restaurantcultuur.

De bredere uitstraling doet recht aan de universele betekenis van Diváli: overwinning van het licht op de duisternis, van het goede op het kwade, van kennis op onwetendheid. Dit spreekt aan, zeker in de ‘duistere tijden’ van de coronapandemie, zoals premier Rutte in zijn boodschap vorig jaar benadrukte. Dit jaar sprak minister Grapperhaus een Diváli-boodschap uit waarin hij aangaf dat veel culturen een feest kennen dat om licht draait. Diváli, Chanoeka, Kerstmis. Licht geeft hoop en hoop doet leven en dat verbindt mensen met elkaar. Verbinding hebben we zeker nodig als we kijken naar de vele uitdagingen en de protesten in de samenleving van, bijvoorbeeld, klimaatactivisten, boeren, tegenstanders van coronamaatregelen, woningzoekenden. Maar ook in Europa zien we uitdagingen, zoals conservatieve rege­ringen die maatregelen nemen om LHBT-rechten of mogelijkheden voor abortus in te perken. Het is duidelijk dat niet iedereen dezelfde interpretatie geeft aan wat goed is en wat kwaad, wat kennis is en wat onwetend­heid.

In tegenstelling tot Holi, is Diváli voor veel belevers ingetogener ook al worden om het feest heen gezellige bijeenkomsten georganiseerd. Vuur speelt in het hindoeïsme een belangrijke rol, omdat het als zelf­reinigend wordt gezien. Het vlammetje van de dia moet dus ook vooral worden gezien als een stimulans tot introspectie en ‘innerlijke reiniging’. Dit wordt bereikt door disciplinering van het gedrag met inachtneming van dharm (de ethische kernwaarde voor constructief gedrag) en dient te geschieden in overeenstemming met iemands persoonlijkheid en achtergrond. Er is dus geen blauwdruk omdat elke mens anders is. Er is wel een norm dat als de levensdoelen van vergaring van rijkdom en macht en het nastreven van genot en levensvreugde op ongedisciplineerde wijze worden nagejaagd, mensen ontwricht raken en gevoelens van onrust, frustratie, agressie en dergelijke toenemen.

Divali Familiefeest 2021 (APNA Rotterdam)

Een Nederlandse kennis van mij meent dat hierin de uitleg besloten ligt waarom Hindostanen een onzicht­bare groep zijn in de Nederlandse samenleving. Zij zouden geen behoefte hebben aan het kanaliseren van gevoelens van onrust en frustratie. Dat zou een verklaring kunnen zijn. Alleen zien we binnen de eigen gemeenschap genoeg gevallen van ongedisciplineerd gedrag. Denk maar aan overmatig eten en drinken, overmatige nadruk op academische titels, opschepperij (djafferij), roddel en achterklap, onwil om samen te werken en elkaar niet zelden liefst tegenwerken. Het plichtmatig aansteken van dia’s met Diváli draagt niet bij tot disciplinering als men niet de symboliek van de vlam voor ogen heeft en deze probeert te internaliseren.

Overigens zou zichtbaarheid in de samenleving niet per se moeten worden afgemeten aan activisme. Er zijn andere manieren om buiten de eigen gemeenschap aan de Nederlandse samenleving deel te nemen en (op zichtbare wijze) een bijdrage te leveren. Tijdens de door Stichting Hindoe Onderwijs Nederland, Sanatan Hindoe Parishad Nederland en Amare georganiseerde Diváli-lezing in Den Haag was dat ook precies de oproep van Martin Sitalsing, politiechef Midden-Nederland. Hij meent dat het nu echt tijd wordt dat Hindostanen zich niet meer alleen binnen de eigen familiekring bewegen, maar uit de Hindostaanse comfortzone stappen en ook functies gaan bekleden waarbij zij mede helpen de uitdagingen in de bredere Nederlandse samenleving aan te pakken.

TOP