In tegenstelling tot voorgaande jaren was er dit jaar op 13 november weinig commotie merkbaar rond de intocht van Sinterklaas met Zwarte Pieten. In plaats van Zwarte Pieten figureerden roetveegpieten als knechtjes van de heilige man. Een uitzondering hierop vormde Breda als een van de weinige steden die kozen voor een Sinterklaasintocht met grijze pieten (black face light) om volgens de organisatoren de pieten onherkenbaar te houden. Betogers van Kick Out Zwarte Piet waren bij die intocht aanwezig om te protesteren tegen de grijze pieten als schijnoplossing. Ik sluit niet uit dat in de provincie Zwarte Piet nog onderdeel vormt van de sinterklaasviering, maar het lijkt mij een achterhoedegevecht van de provincialen en een kwestie van tijd wat betreft het behoud van het fenomeen van Zwarte Piet. Het dagblad Trouw (13 november 2021) kopte in een artikel dat Nederland druk bezig is Zwarte Piet ‘uit te faseren’. Veel steden zien af van Zwarte Piet vooral om ‘gedoe’ te voorkomen en niet omdat Zwarte Piet racistisch zou zijn.
Zwarte Piet als onderdeel van de internationale blackface traditie
Over de oorsprong van Zwarte Piet bestaat geen eenduidigheid. De eerste afbeelding van Zwarte Piet, zoals wij die tegenwoordig kennen, duikt op in 1850 in een prentenboek Sint Nikolaas en zijn knecht van de Amsterdamse onderwijzer Jan Schenkman. Een van de verklaringen die we in de literatuur tegenkomen is dat Zwarte Piet gemodelleerd zou zijn naar populaire Amerikaanse en Britse blackface-optredens uit de eerste decennia van de negentiende eeuw. Blackface is het fenomeen van het zwartmaken van een gezicht door blanke acteurs in combinatie met overdreven rode lippen om een karikatuur uit te beelden van een zwart persoon (kinderlijk, dommig, jolig, muzikaal en zorgeloos). Britse blackface-gezelschappen traden op in Nederland en hadden veel succes. De introductie van Zwarte Piet in Nederland in 1850 werd daarmee onderdeel van een internationale black face-traditie waarin een stereotype beeld van zwarte mensen wordt neergezet.
Dat door mensen van kleur Zwarte Piet als racistisch of kwetsend wordt ervaren is niet van recente datum. De eerste klachten stammen al uit 1927 toen een zwarte man voor de Rotterdamse politierechter moest verschijnen omdat hij een havenarbeider had geslagen die hem had uitgemaakt voor Zwarte Piet. In 1939 werd een zwarte onderwijzer door een moeder gesommeerd de tram in Sittard te verlaten, omdat haar zoontje moest huilen vanwege de confrontatie met deze ‘Zwarte Piet’. In de jaren hierna zijn er heel veel meldingen gedaan van vergelijkbare pesterijen in het openbaar vervoer, op de werkvloer, op het schoolplein of de openbare weg (zie https://historiek.net/geschiedenis-van-de-zwarte-piet-kritiek/84395/).
Vanaf de jaren 1970 kreeg de kritiek op Zwarte Piet een structureel karakter, mede doordat de Surinaamse populatie in Nederland inmiddels aanzienlijk was gegroeid en Surinaamse organisaties hier te lande zich op dit onderwerp gingen richten. In de eenentwintigste eeuw groeide de controverse uit tot een landelijke kwestie die het karakter kreeg van een cultuurstrijd.
Cultuurstrijd en nationale identiteit
Afgelopen decennium verkeerde Nederland in de maand november min of meer in een permanente staat van overspannenheid. Rond het verschijnsel Zwarte Piet barstte er een cultuurstrijd los tussen voor- en tegenstanders van Zwarte Piet waardoor Nederland gepolariseerd raakte. Veel steden in Nederland werden op de dag van de sinterklaasintocht omgebouwd tot een onneembare politievesting om de nationale intocht van Sinterklaas ordelijk te laten verlopen. Het protest tegen Zwarte Piet kwam in een stroomversnelling toen de activisten Quincy Gario en Jerry Afriyie tijdens de nationale herdenking van de slavernij in het Oosterpark in Amsterdam op 1 juli 2011 de ‘Zwarte Piet is racisme’-campagne lanceerden.
Het protest van de activisten luidde het begin in van een cultuurstrijd in Nederland die alles te maken had met de Nederlandse identiteit. Voorstanders van Zwarte Piet zien hem als een Nederlandse traditie en daarmee als onderdeel van de Nederlandse identiteit. Een pleidooi voor afschaffing betekent in hun optiek een aanslag op een Nederlandse traditie en daarmee op de Nederlandse identiteit. Tegenstanders van Zwarte Piet daarentegen beschouwen deze personage als een uiting van racisme.
Voor groepen die sterk vasthouden aan tradities is nationale identiteit een tijdloos en bijna heilig gegeven dat losstaat van het idee dat wij ons erover vormen. Voor deze groep is de Nederlandse nationale identiteit als het ware gestold en vastgevroren. Globalisering, multiculturalisme, islamisering en migratie worden gezien als een bedreiging voor de nationale identiteit. Deze groepen hebben het gevoel dat tradities waar ze van houden opeens besmet zijn en menen dat zij het zijn die zich moeten aanpassen aan mensen met notabene een migratieachtergrond. Deze aanhangers van de traditionele opvatting over nationale identiteit gaan echter voorbij aan het feit, zoals door veel onderzoekers gesteld, dat nationale identiteit een historische constructie is en werk in uitvoering. Interpretatie en beleving van nationale identiteit zijn namelijk niet onwrikbaar in beton gegoten: veel tradities zijn nog geen eeuw oud, sommige verdwijnen, andere worden uitgevonden, instituties worden aangepast aan de eisen van de tijd waarin wij leven et cetera. Zo betekende de toekenning van rechten aan vrouwen (zoals de toekenning in 1919 van het kiesrecht aan vrouwen en in 1956 de afschaffing van de handelingsonbekwaamheid van vrouwen in Nederland) een eind aan een traditie waarbij in de optiek van het traditioneel mannelijk bolwerk het enige recht van vrouwen het aanrecht was.
De verdedigers van Zwarte Piet voeren ook als argument aan dat het Sinterklaasfeest een kinderfeest is en dat kinderen in de zwarte knechtjes of hulpjes van de Sint geen racistisch fenomeen zien. Ook dit argument snijdt geen hout aangezien het voor kinderen geen fluit uitmaakt hoe de knecht van Sint eruit ziet. Ik heb nooit gehoord dat kinderen bij de confrontatie met roetveeg of gekleurde Pieten acuut in een depressie raakten of psychische hulp nodig hadden. Ik ontkom niet aan de indruk dat behoud van Zwarte Piet vooral door bepaalde volwassen mannen belangrijk wordt gevonden. In hun kinderjaren hebben zij naar alle waarschijnlijk veel plezier beleefd aan het ‘oenig gedrag’ van Zwarte Piet. Hun kinderen willen zij dit plezier niet onthouden. Blijkbaar willen deze volwassenen via de kinderen deze traditie uit hun verleden weer herbeleven.
Kantelmomenten
De protestdemonstraties van de activisten Gario en Afriyie bleven niet zonder succes. In 2014 nam de gemeente Amsterdam als eerste gemeente afscheid van Zwarte Piet door introductie van de roetveegpiet. In hetzelfde jaar introduceerde de Nederlandse Publieke Omroep (NPO) roetveeg pieten gevolgd door RTL in 2016. Veel supermarkten en speelgoedwinkels gingen eveneens overstag en kozen voor roetveegpieten. In VN-verband werd in 2013 en 2015 gewezen op het racistische karakter van Zwarte Piet. In 2016 stelde de Kinderombudsman in Nederland in een onderzoek dat Zwarte Piet in zijn huidige racistische vorm in strijd is met het Kinderrechtenverdrag van de Verenigde Naties en schadelijk voor [zwarte] kinderen. De figuur van Zwarte Piet kan namelijk bijdragen aan pesten, uitsluiting of discriminatie, aldus de Kinderombudsman. Ook het Europees Parlement mengde zich in de Zwarte Piet-discussie. In een resolutie in juni 2020 riep het Europese landen op om te breken met racistische en afrofobische tradities als Zwarte Piet.
Een belangrijk kantelmoment in het debat over Zwarte Piet was de politiemoord op de 46-jarige Afro-Amerikaan George Floyd in de VS op 25 mei 2020 die wereldwijd leidde tot een golf van anti-racismeprotesten (Black Lives Matter). Ook in Nederland gingen in veel steden demonstranten de straat op om te protesteren tegen racisme en discriminatie. Met de tragische dood van George Floyd kreeg de Anti-Zwarte Piet-beweging in Nederland de wind mee, want waar het eerder niet lukte om duizenden op straat te krijgen om te demonstreren tegen racisme en discriminatie, lukte het nu wel. Ook in de media ontstond brede aandacht voor racisme en discriminatie in de Nederlandse samenleving. Het nieuws, de actualiteitenrubrieken op radio en tv en de kranten hebben inmiddels volop aandacht voor dit thema. Die omslag zien we ook bij premier Rutte. Daar waar hij aanvankelijk over Zwarte Piet zei dat deze nu eenmaal zwart is en daar niets aan kan doen, verklaarde hij in 2020 tijdens een debat in de Tweede Kamer naar aanleiding van de anti-racismedemonstraties meer begrip te hebben voor mensen die zich gediscrimineerd voelen door de geschminkte hulp van Sinterklaas. Hij nam afscheid van het kamp ‘zwarte Piet is zwart’. Ruttes onverwachte ontboezeming werd beschouwd als historisch. Dat was het ook toen Rutte erkende dat niet alleen in de VS sprake is van racisme en discriminatie, maar ook in Nederland. Alleen had Rutte het niet over institutioneel racisme, maar over systemische problemen in de Nederlandse samenleving.
Sinterklaasfeest en inclusiviteit
De brede aandacht voor de Black Lives Matter-beweging heeft de sensitiviteit voor racisme en discriminatie in de Nederlandse samenleving duidelijk vergroot. Het pleit rond de discussie over Zwarte Piet lijkt langzamerhand beslecht. De uitfasering van een voor gekleurde Nederlanders ervaren racistisch fenomeen binnen de Nederlandse cultuur is daarmee dan ook een kwestie van tijd. Provincialen die vasthouden aan Zwarte Piet zijn met een achterhoedegevecht bezig en gaan in tegen de tijdgeest. Het zal echter nog een aantal jaren duren voordat het pleit definitief is beslecht en het sinterklaasfeest daadwerkelijk een inclusief karakter krijgt.
Het definitieve afscheid van Zwarte Piet betekent geenszins een verloochening van een Nederlandse traditie. Tradities liggen namelijk niet voor eeuwig vast. Als bepaalde tradities maatschappelijke polarisatie tot gevolg hebben zal iedere generatie deze steeds weer tegen het licht moeten houden tegen de achtergrond van de tijdgeest. Dit geldt ook voor het sinterklaasfeest met Zwarte Pieten. In een samenleving die inmiddels schoorvoetend bezig is inclusiviteit te omarmen is er geen plaats voor tradities die als kwetsend worden ervaren door een deel van die samenleving. Voor dat deel van de samenleving staat Zwarte Piet namelijk symbool voor raciale en racistische stereotypering van groepen mensen. Het definitieve afscheid van Zwarte Piet is dan ook een kwestie van beschaving.
Foto’s: Youtube.com (2), Andere Tijden.nl (3), Facebook.com (4) en Twitter.com (5)