BOEKPRESENTATIE

150 jaar Hindostanen 1873-2023 - Een geschiedenis van twee migraties

Chan Choenni & Kanta Adhin

[ 15 juni 2024 ]

Op 1 juni 2024 vond in het Nationaal Archief de presentatie plaats van het boek 150 jaar Hindostanen 1873-2023 – Een geschiedenis van twee migraties van Chan Choenni en Kanta Adhin.

Tijdens de 150ste herdenking van de Hindostaanse Immigratie op 5 juni 2023 in Den Haag constateerde Minister Robbert Dijkgraaf van Onderwijs, Cultuur & Wetenschap dat de geschiedenis van Hindostanen in Nederland nog te onbekend is. Velen krijgen vroeg of laat de vraag: Waar kom je vandaan? Uit India? “En wat antwoord je dan? Nee, althans, ja, je voorouders komen uit India, maar zelf ben je geboren in Suriname, of in Nederland. Zo’n vraag laat zien dat het verhaal van de Hindostanen nog te onbekend is, misschien ook doordat ze zo geruisloos integreerden in de Nederlandse samenleving”, aldus de minister.

In hun boek geven de auteurs zowel een historisch als een actueel overzicht van de Hindostanen in Suriname en in Nederland en de relaties door de tijd heen met India, het land van de voorouders. Aan bod komen onder meer het wel en wee van de contractarbeiders, burgerschap, integratie, cultuur, religie, politieke participatie, de onderlinge relaties en de ontstane driehoeksrelatie met India. Persoonlijke verhalen en foto’s ver­leven­digen het beeld. Daarnaast krijgt de lezer een indruk van de samenhang van de verschillende delen van de geschiedenis en de door­werking naar het heden.

Hindostanen zijn de na­komelingen van de con­tractarbeiders die vanuit toenmalig Brits-Indië naar Suriname werden over­gebracht om er na de afschaf­fing van de sla­ver­nij op de plantages te wer­ken. In 1870 sloot Nederland een over­een­­komst met Groot-Brit­tan­nië en op grond daarvan arri­veer­den van 1873 tot 1916 ruim 34.000 arbeiders met een vijfjarig contract in Suriname, de zogenoemde Brits-Indische immigranten die zich later Hindostani noemden. Daartoe gestimuleerd door de koloniale overheid, vestigde ruim twee derde zich in Suriname na afloop van het contract. Begin jaren zeventig van de twintigste eeuw waren Hindostanen de grootste bevolkingsgroep in het multi-etnische Suriname. In het proces naar de onafhankelijkheid van Suriname in 1975 werden zij echter politiek buitengesloten. Dit leidde tot een tweede migratie uit angst voor de ongewisse toekomst. Voorafgaand aan de onafhankelijkheid arriveerden ongeveer 40.000 Hin­do­stanen in Nederland. Daarna kwamen nog kleinere aantallen. Anno 2023 is het aantal Hindo­stanen meer dan verviervoudigd en vormen zij de grootse groep onder de Surinamers in Nederland. En toch worden ze vaak niet met het Nederlands-Surinaamse koloniale verleden geas­socieerd.

Tijdens de discussie kwamen onder meer verschillen tussen de contractarbeid en slavernij aan de orde, alsook het behoud en de ontwikkeling van de Hindostaanse cultuur en de taal, het Sarnámi, in Nederland. In dit verband memoreerde Chan Choenni dat de website Hindorama.com die in 2019 werd gelanceerd, precies vijf jaar bestaat.

Het eerste exemplaar van 150 jaar Hindostanen werd in ontvangst genomen door burgemeester Jan van Zanen van Den Haag, de stad met het grootste aantal Hindostanen.  Namens minister Robbert Dijkgraaf van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap nam Christianne Mattijssen, directeur Erfgoed en Kunsten, een exemplaar in ontvangst. De minister nam zelf een exemplaar in ontvangst op 5 juni tijdens de herdenkingsbijeenkomst van de Hindostaanse Immigratie op het Hobbemaplein in Den Haag. Daar werd het boek tevens aangeboden aan ambassadeur Rajendre Khargi van Suriname en ambassadeur Reenat Sandhu van India.

Hieronder volgen de inleiding van Kanta Adhin tijdens de boekpresentatie op 1 juni en het dankwoord van burgemeester Jan van Zanen.  

Inleiding door KANTA ADHIN bij de presentatie van 150 jaar Hindostanen 1873-2023- een geschiedenis an twee migraties in het Nationaal Archief te Den Haag, 1 juni 2024

Geachte burgemeester en andere aanwezigen, lieve vrienden,

Waarom weer een boek over de Hindostanen en de contractarbeid van de voorouders? Er zijn in de loop der jaren al vele publicaties verschenen. Ook van de heer Chan Choenni. Hij heeft menig lijvig boekwerk geproduceerd. Daarnaast zijn er ook diverse deelstudies en persoonlijke verhalen.

Toch constateerde minister Dijkgraaf vorig jaar dat de geschiedenis van Hindostanen nog te onbekend is, en dat het 150steherdenkingsjaar moest worden aangegrepen om ook aan deze geschiedenis een stem te geven. We besloten daarom de geschiedenis nogmaals voor het voetlicht te brengen.

Niet alleen vanuit het idee frappez-toujours, maar ook om iets meer te brengen. Namelijk een historisch én actueel overzicht over 150 jaar. De drie grote onderdelen van het boek zijn: het systeem van contractarbeid en de contracttijd in Suriname, de vestiging en ontwikkeling van Hindostanen in Suriname en de vestiging en ontwikkeling in Nederland. Daarbij is er onder meer aandacht voor identiteitsontwikkeling, integratie, cultuur, religie, sociale problematiek, vrouwenemancipatie, politieke participatie.

In Nederland worden Hindostanen vaak niet geassocieerd met Suriname. Dat heeft wellicht te maken met de driehoeksrelatie Suriname – Nederland – India waarbij de Indiase cultuur en spiritualiteit altijd een belangrijke rol zijn blijven spelen. Hindostanen in Nederland zijn zowel op Suriname als op India georiënteerd. En er is sprake van een toenemende oriëntatie op India. Vooral bij de niet in Suriname geboren generaties. Ook deze ontwikkeling vormt een onderdeel van het boek.

De laatste tijd zie je toch dat veel meer Hindostanen in Nederland, ook jongeren, zich bezighouden met het lot van hun voorouders die in Suriname als contractarbeider hebben gewerkt op de plantages, nadat de slavernij was afgeschaft. Zij willen ook erkenning van dat deel van de koloniale geschiedenis. En terecht. De contractarbeiders waren uit toenmalig Brits-Indië naar Suriname overgebracht onder een door Groot-Brittannië en Nederland gecreëerd systeem. Zij kwamen als immigranten binnen. Hun navelstreng is dan misschien niet in Suriname begraven, maar hun bloed, zweet en tranen zijn wel degelijk vermengd met de Surinaams aarde.

Alle nakomelingen hebben een eigen persoonlijke geschiedenis. Bij het op zoek gaan spelen er vragen, zoals: Zijn onze voorouders tegen hun wil in geronseld? Hadden zij misschien een bepaalde reden om uit India te vertrekken? Hoe werden zij behandeld? Waarom besloten zij zich in Suriname te vestigen? Allemaal vragen die lang niet altijd te beantwoorden zijn, omdat er vaak niet over werd gesproken. Voor de één kan het gaan om een succesverhaal, voor de ander om een verdrietig verhaal.

Meer bekendheid met de geschiedenis is niet alleen van belang in het kader van de reflectie op het koloniale verleden in Nederland. Ook voor de nakomelingen is het van belang dat zij naast het eigen familieverhaal, kennis hebben van het bredere plaatje. Contractarbeid was zonder meer een systeem van uitbuiting. Maar onze voorouders waren geen willoze slachtoffers. Ze kwamen op voor hun rechten, getuige diverse opstanden waarvan sommige bloedig zijn beëindigd. Daarnaast zagen velen in de contractarbeid ook kansen op een beter bestaan.

De tweede migratie vanuit Suriname naar Nederland begin jaren zeventig is van een andere orde. In Suriname waren  Hindostanen op dat moment de grootste bevolkingsgroep; bij de laatste volkstelling in 2012 waren zij dat nog steeds. Hier vormen zij nu ongeveer een procent van de bevolking.

Je ziet wel parallellen in de ontwikkeling, zoals een focus op sociaaleconomische vooruitgang, een sterke gerichtheid op de eigen cultuur. Maar bijvoorbeeld ook het liever niet praten over problemen. Vaak wordt gezegd dat Hindostanen geruisloos zijn geïntegreerd.

Het boek bevat een beschrijving van al deze aspecten met tussendoor korte persoonlijke verhalen en foto’s. Het is gebaseerd op het vele werk dat Chan Choenni eerder heeft verricht. Nu herschreven voor een breder publiek, aangevuld en geactualiseerd, en geplaatst in de bredere discussie over het koloniaal verleden en de doorwerking daarvan.

Wij hebben ook gebruikgemaakt van informatie verkregen via activiteiten van het Jnan Adhin Instituut (JAI) en de website Hindorama.com. JAI bestaat dit jaar 20 jaar. De activiteiten zijn gericht op kennisverzameling en overdracht, met name kennis over de Hindostaanse geschiedenis en cultuur en over de multiculturele samenleving. De website Hindorama.com bestaat nu precies vijf jaar en legt zich toe op informatie over Hindostanen, maar bevat ook bredere informatie over Suriname en andere Surinaamse bevolkingsgroepen.

Met deze publicatie willen wij bijdragen de Hindostaanse geschiedenis een plek te geven in de gezamenlijke geschiedenis. Het gaat ons niet om een beladen plek, maar om een vanzelfsprekende plek. Hindostanen, evenals andere Surinaamse bevolkingsgroepen, zijn immers al zo een 50 jaar deel van de Nederlandse samenleving.

In dit verband citeer ik, tot slot, graag uit een gedicht van Jit Narain die de grootste Sarnámi dichter kan worden genoemd. Sarnámi is een van de talen van Suriname die is voortgekomen uit Indiase streektalen. Jit Narain overleed in februari van dit jaar. Dit fragment komt uit zijn laatste bundel getiteld mijn plek wil wonen die in 2022 verscheen.

dari khojilá jahal ná
khuleám ham rahibe
ná bans ke dar se
ná puráná bhár ke dabáw se

een plek zoek ik, geen gevang
in alle openheid zal ik leven
zonder angst voor mijn komaf
niet onder druk van oude lasten

 * * *

Dankwoord door JAN VAN ZANEN bij de boekpresentatie 150 jaar Hindostanen – een geschiedenis van twee migraties, 1 juni 2024

Goedemiddag allemaal,

Geachte Chan Choenni en Kanta Adhin,

Van harte gefeliciteerd met de presentatie van uw nieuwe boek.

Uitgever Thakoerdin, m’n complimenten.

Dank voor dit boek over de geschiedenis van de twee migraties.

Van Brits-Indië naar Suriname, van uitzichtloze armoede naar de contractarbeid na de afschaffing van de slavernij.

Van Suriname tot en met de komst naar Nederland in de jaren zeventig van de vorige eeuw.

Het kan niemand ontgaan zijn dat het afgelopen jaar 150 jaar Hindostaanse immigratie werd herdacht.

We kijken terug op een jaar met diverse succesvolle bijeenkomsten en evenementen.

Het heeft de geschiedenis en het heden van de Surinaams-Hindostaanse gemeenschap vol in het licht gezet.

Het was de herdenking van een dubbele migratie.

Eerst de migratie naar Suriname die begon met de reis van de eerste contractarbeiders met het schip de Lallah Rookh in 1873.

Honderd jaar later volgde de migratie van grote aantallen Hindostaanse Surinamers naar Nederland en Den Haag in het bijzonder.

Den Haag zou ermee uitgroeien tot hoofdstad van de Hindostaanse gemeenschap in Nederland.

Naar die migratie heeft u beide veel onderzoek gedaan.

U heeft er over geschreven en gesproken. Met het verschijnen van dit boek wordt dit herdenkingsjaar passend afgesloten.

De geschiedenis van de Hindostaanse gemeenschap gaat ondertussen gewoon door.

In Suriname en hier in Den Haag waar de Hindostanen een gewaardeerd onderdeel vormen van de diverse samenleving.

Dank u wel.

Burgemeester Jan van Zanen van Den Haag nam tijdens de boekpresentatie het eerste exemplaar in ontvangst (1 juni 2024, Nationaal Archief Den Haag).

TOP