
Het jaar 1672 staat in Nederland te boek als een rampjaar. Het was namelijk met vier landen (Frankrijk, Engeland en de bisdommen Münster en Keulen) tegelijk in oorlog. Nederland (destijds de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden geheten) leek reddeloos verloren. De regering wist niet wat ze moest doen en was radeloos. Als gevolg van de oorlog lag de handel stil. De bevolking verarmde en was radeloos. Het ‘rampjaar 1672’ wordt dan ook beschouwd als een dieptepunt in de Nederlandse geschiedenis.
Er zijn grote parallellen tussen het rampjaar 1672 in Nederland en de huidige ontwikkelingen in Suriname. Tien jaar Desi Bouterse als president (2010-2020) heeft Suriname sociaaleconomisch en financieel volledig geruïneerd. Chan Santokhi en zijn partij wierpen zich bij de verkiezingen in mei 2020 op als de redder van Suriname. Ze beloofden een eind te maken aan tien jaar wanbeleid van Desi Bouterse: Wo set’en [wij gaan orde op zaken stellen].

Santokhi op verkiezingscampagne in 2020. Foto Ra1 Photography
Maar van het imago van Santokhi als redder van het Surinaamse volk is echter geen schim meer over. De feiten zijn inmiddels overbekend: voortzetting van de politiek van nepotisme (benoeming van familie en vrienden), een aaneenrijging van corruptieve schandalen zoals we kennen uit de periode van de regering-Bouterse, een ondermaats presterend regeerteam en een halfslachtig sociaaleconomisch beleid. Het nepotisme onder de regering-Santokhi wordt inmiddels gezien als een continuering van de state capture (gijzeling van de staat) door vrienden en familie van de president en de familie Brunswijk zoals ten tijde van de regering-Bouterse.
Ondertussen gaat een groot deel van de Surinaamse bevolking gebukt onder het falende beleid van de regering-Santokhi met een inflatie die sinds 2020 meer dan zestig procent bedraagt. Een verarming van de bevolking is hiervan het gevolg. Het resultaat van het halfslachtige regeringsbeleid is de hoge vlucht van de wisselkoers: van 1 USD voor 19 SRD in 2020 naar 37 SRD in maart 2023. De regering slaagt er niet in de wisselkoers te beheersen. Van een structureel en integraal sociaal-maatschappelijk beleid gericht op duurzame armoedebestrijding, zoals herhaaldelijk door de regering aangekondigd, is geen sprake.
De Wereldbank berekende dat sinds 2022 circa twintig procent van de Surinaamse bevolking (ongeveer 110.000 mensen) in armoede leeft en dat één op de vier personen in Suriname rond moet komen van een inkomen van US$ 5,50 per dag. De huidige sociaaleconomische situatie is dat de armen onder de bevolking meer dan zeventig procent van hun salaris aan voeding uitgeven. Volgens deskundigen van de Wereldbank behoort Suriname samen met Venezuela en Bolivia tot de drie landen op het Zuid-Amerikaanse continent die tegen het jaar 2030 niet in staat zullen zijn armoede uit te bannen. Gelet op de hoge schuldenlast werd Suriname door het IMF in januari 2023 gerekend tot de D(ebt)7-landen in de wereld (naar analogie van de G7-(rijkste) landen). Dat wil zeggen dat Suriname werd gerekend tot de bijna failliete landen in de wereld. Van het IMF kreeg Suriname een lening van USD 690 miljoen, een bedrag dat in tranches wordt uitbetaald. Als gevolg van de halfslachtig uitvoering van het IMF-programma is het IMF voor de zoveelste keer genoodzaakt om overmakingen op te schorten.
Van een daadwerkelijke aanpak van problemen is geen sprake. Zo is er bij de regering geen sprake van daadkracht om de productie te stimuleren en inkomsten te genereren. Een van de gevolgen van de slechte sociaaleconomische situatie is dan ook de brain drain. Veel kader werkzaam onder meer in de medische sector en het onderwijs trekt weg voor betere voorzieningen naar het Caraïbisch gebied en Nederland. Ondertussen grossiert de president in loze beloftes en het installeren van commissies om problemen aan te pakken. Het probleem met de installatie van dergelijke (onderzoeks-) commissies in Suriname is echter dat het feitelijk neerkomt op de zaak op de lange baan schuiven waarna er niets meer vernomen wordt over de uitkomsten. Het beeld is een president die radeloos en redeloos is.
Het wanbeleid en vooral de machteloosheid om de economische crisis te bezweren heeft inmiddels dan ook veel kwaad bloed in de samenleving gezet. Op sociale media en nieuwssites in Suriname vormen ontgoocheling en diepe teleurstelling de teneur van de kritieken op Chan. Het overheersende beeld is dat van een ‘besluiteloze Chan’ die excelleert in het vermijden van het nemen van beslissingen en over heikele kwestie zwijgt. Hij wordt inmiddels dan ook ‘jokkebrok Chan’ genoemd, een man die ‘liegt en de kiezers bedriegt’.

Bron: Sociale media Suriname
Langzamerhand ontstond als gevolg van het beleid van de regering-Santokhi en het gebrek aan daadkracht een smeulende veenbrand in de bodem van de Surinaamse samenleving. De smeulende veenbrand sloeg op vrijdag 17 februari 2023 uit en mondde uit in geweld, bekogeling van en vernielingen in het parlement en plundering van winkels, warenhuizen en tankstations. Het protest was een ongekende woede-uitbarsting. De president kwam na de rellen niet verder dan slechts te zeggen dat hij het vooral vreselijk vond dat het ‘Huis van de democratie’, De Nationale Assemblée (DNA), doelwit was van de agressieve betogers. Geen woord over de oorzaken van het gevoel van onbehagen bij grote delen van de samenleving over het economische beleid van de regering.
De president kondigde een nationale dialoog aan met politieke organisaties, vakbeweging, bedrijfsleven, maatschappelijke organisaties et cetera. De verwachtingen over de uitkomsten van deze aangekondigde nationale dialoog zijn echter niet bijster hoog, aangezien de president nimmer gevolg heeft gegeven aan de uitkomsten van eerdere dialogen. In DNA volgde in maart de zoveelste belofte van hem: ‘We zullen een andere wedstrijd spelen’. Met een (regeer)team dat in de eerste helft heeft laten zien niet over de vereiste kennis en kunde te beschikken is het ijdele hoop te verwachten dat het in de tweede helft beter zal presteren.
President Santokhi’s geloofwaardigheid staat op het spel. Vertrouwen van burgers in de politiek vraagt om een politiek van vertrouwen en bij goed leiderschap gaat het om kritische zelfreflectie en stuurmanskunst. Dit zijn zaken die bij Santokhi node worden gemist. De protestdemonstraties in Suriname het afgelopen jaar roepen herinneringen op aan het lied (Take your bundle and go) van de bekende Trinidadiaanse calypsozanger Mighty Sparrow. De calypso staat bekend om zijn cynische, dubbelzinnige of moraliserende teksten. Sparrows lied heeft betrekking op een echtgenoot die thuisgekomen zijn partner betrapt op overspel waarop hij haar vervolgens de deur wijst: Take your bundle and leave and go. Don’t stay here no more (op YouTube te beluisteren). Ook voor de protesteerders in Suriname geldt grote teleurstelling over het ‘verraad’ van Chan: mooie woorden in mei 2020, maar hierna slechts verbroken beloftes. Voor hen is de focus inmiddels: ‘Weg met Chan’. Behalve radeloos en redeloos lijkt Chan langzamerhand ook reddeloos. Zijn resterende jaren als president hebben inmiddels veel weg van een dans op de rand van de Surinaamse vulkaan.